Strafprozessrecht
Fahrverbot und Führerscheinentzug

Rijverbod, invordering en inhouding rijbewijs, en ontzegging van de rijbevoegdheid

Een Duitse politieagent is bevoegd om een Nederlandse chauffeur een tijdelijk rijverbod op te leggen, en een Nederlands rijbewijs in te vorderen. Zolang het rijbewijs (het fysieke plastic kaartje dus) niet terug ontvangen is, mag de betrokkene niet in Duitsland, én ook niet in Nederland, als chauffeur aan het verkeer deelnemen.
Een rijverbod c.q. een ontzegging van de rijbevoegdheid an sich geldt weliswaar alleen voor het land waar het is opgelegd, maar een chauffeur moet altijd een geldig rijbewijs kunnen tonen; en met bijvoorbeeld een kopie voldoet hij niet aan die wettelijke verplichting.
Duitsland kent twee mogelijkheden om te komen tot het beperken van iemands bevoegdheid om motorvoertuigen te besturen: het Fahrverbot en de Führerscheinentzug (Entziehung der Fahrerlaubnis). Het verschil tussen beide vormen zit vooral in de maximale duur van de maatregel, en de werking ervan. Daarnaast is het Fahrverbot een straf (een zogenaamde 'Nebenstrafe', dus naast een hoofdstraf, zoals een Freiheitsstrafe (gevangenisstraf) of Geldstrafe (geldstraf)). De Führerscheinentzug daarentegen is een freiheitsbeschränkende Maßregel (vrijheidsbeperkende maatregel). Bij het Fahrverbot blijft de Fahrerlaubnis bestaan, maar wordt het de betrokkene verboden om deze gedurende een bepaalde periode uit te oefenen. Bij de Führerscheinentzug vervalt de Fahrerlaubnis (dus de toestemming om überhaupt een motorvoertuig te mogen besturen). Degene die geconfronteerd is met een Entziehung der Fahrerlaubnis moet dus opnieuw een Fahrerlaubnis aanvragen. In beginsel zou dat dus direct kunnen, tenzij ... tevens aan de Entzug een Sperrfrist gekoppeld is. Daarover hieronder meer. De Führerschein (het plastic kaartje) is dus de belichaming van de Fahrerlaubnis.

Fahrverbot

Een Fahrverbot is dus een tijdelijke ontzegging van de bevoegdheid tot het besturen van alle motorvoertuigen (= voertuigen met hulpmotor, dus ook ook snor- en bromfietsen, en e-bikes), en deze straf(maatregel) kent een maximale duur van 3 maanden. Het Fahrverbot wordt voor de duur van minimaal 1, soms 2, of maximaal 3 maanden opgelegd. Hiertoe dient het rijbewijs - dus het fysieke bewijs dat de belichaming van de rijbevoegdheid aantoont - te worden ingeleverd. De betrokkene kan dan niet meer een rijbewijs tonen en mag dan ook niet aan het verkeer deelnemen. Doet hij dat toch, dan is dat een Ordnungswidrigkeit, die weer met, onder andere, een geldboete bestraft kan worden.
De oplegging van deze straf gebeurt meestal middels Bußgeldbescheid. Binnen 2 weken na ontvangst hiervan kan hiertegen Einspruch (verzet) worden ingediend, bij gebreke waarvan de straf onherroepelijk wordt. Het rijbewijs dient vervolgens te worden ingeleverd bij de bevoegde Verwaltungsbehörde of een Polizeidienststelle.
Een Fahrverbot kan bij een Ordnungswidrigkeit ook door de rechter als Nebenstrafe worden opgelegd.
Na ommekomst van de opgelegde periode wordt het fysieke rijbewijs gewoon weer teruggegeven, zonder dat hiertoe een formeel verzoek (Antrag) moet worden gedaan.
Dat is anders bij de Entziehung der Fahrerlaubnis.

Entziehung der Fahrerlaubnis

Een aantal feiten (waaronder rijden onder invloed (van alcohol of drugs)) leidt regelmatig tot een ontzegging van de rijbevoegdheid (§ 69 StGB: Entziehung der Fahrerlaubnis). Deze ontzegging is van permanentere aard, en heeft een duur van 1-6 maanden: de betrokkene wordt geacht niet (meer) geschikt te zijn om aan het verkeer deel te nemen. Zijn eerder - bij het rijexamen - aangetoonde geschiktheid wordt hem (tijdelijk) ontnomen. Dit is ook de reden waarom de betrokkene na enkel tijdsverloop niet 'gewoon' weer zijn oude rijbewijs en rijbevoegdheid terug krijgt, maar hiertoe een formele verzoek (Antrag) moet indienen. Soms moet hiertoe ook nog een medisch attest of een MPU (Medizinisch Psychologische Untersuchung) volgen. De kosten van het onderzoek naar de geschiktheid om als bestuurder aan het verkeer te mogen deelnemen draagt de betrokkene zelf.

De Entziehung der Fahrerlaubnis wordt als freitheitsbeschränkende Maßregel opgelegd door de rechter of Verwaltungsbehörde.

Dat laatste zal automatisch gebeuren wanneer de houder van het rijbewijs 8 'Punkte' in het Verkehrszentralregister in Flensburg 'gespaard' heeft, bijvoorbeeld door het plegen van meerdere verkeersovertredingen. Hij is zijn rijbevoegdheid dan minimaal 6 maanden kwijt, en kan die bevoegdheid niet eerder dan na ommekomst van die 6 maanden, op aanvraag, terugkrijgen.

Een ontzegging door de rechter is uitsluitend mogelijk indien sprake is van één van de strafbare feiten van § 69 Abs. 2 StGB. Deze strafbare feiten zijn alle ‘Verkehrsdelikte’, zoals:

De rechter legt in zijn beslissing een ontzegging van de rijbevoegdheid voor een bepaalde duur op, te weten: voor de duur van 1-6 maanden.

Afhankelijk van de zwaarte van het strafbare feit legt de rechter daarbij meestal ook nog een zogenaamde 'Sperrfrist' op. Dit is de tijd waarbinnen de betrokkene geen nieuwe Fahrerlaubnis verleend mag krijgen (i.e. Neuerteilung der Fahrerlaubnis (§ 20 FeV)). Normaliter betreft dat een tijdvak tussen de 6 maanden en 5 jaar. Een nieuwe Fahrerlaubnis kan de betrokkene trouwens wel al vanaf 3 maanden vóór afloop van de Sperrfrist aanvragen, dit in verband met de gebruikelijke doorlooptijd tussen aanvraag en daadwerkelijke verlening (mits aan alle voorwaarden voldaan is).
Overigens zou dat soms ook eerder kunnen wanneer hij voordien bijvoorbeeld een speciale (verkeers)cursus met succes doorlopen heeft.
In dat geval moet een daarop gerichte Antrag bei Gericht worden ingediend.

Het dictum van een veroordelend Urteil of Strafbefehl met Sperrfrist zou bij een buitenlands rijbewijs als volgt kunnen luiden:
... Ihnen wird Ihre Fahrerlaubnis entzogen. Die Verwaltungsbehörde wird angewiesen, Ihnen vor Ablauf von 6 Monaten weder das Recht, von der ausländischen Fahrerlaubnis wieder Gebrauch zu machen, noch eine inländische Fahrerlaubnis zu erteilen. Die Entziehung hat die Wirkung einer Aberkennung des Rechts von der Fahrerlaubnis im Inland Gebrauch zu machen.
(voorbeeld)
In het kader van een Antrag auf Wiedererteilung der Fahrerlaubnis hoeft normaliter niet opnieuw rijexamen te worden gedaan. Het ondergaan van een medisch of medisch-psychologisch onderzoek (MPU) kan wèl verlangd worden. Dat geldt ook voor buitenlanders. Een ander is met name afhankelijk van het geconstateerde alcohol-promilliage c.q. THC-gehalte.
Hieruit kan geconcludeerd worden dat sprake is van een eventuele verslaving.
MPU
Medizinisch-Psychologische Untersuchung
Bij eenvoudigere zaken wordt meestal helemaal afgezien van een Sperrfrist.

Een veroordelend Urteil of Strafbefehl zonder Sperrfrist zou in zo'n geval de navolgende passage kunnen bevatten:
... Ihnen wird für die Dauer von 1 Monat untersagt, im Straßenverkehr Kraftfahrzeuge jeder Art zu führen
(voorbeeld)

Einstweilige Entziehung der Fahrerlaubnis

Door de Polizei
De ‘Fahrerlaubnis’ kan trouwens ook al tijdelijk door de politie ontzegd worden, en wel bij gevaarzetting (Gefahr in Verzug) en wanneer het hoogstwaarschijnlijk is dat de rechter in een strafzaak de verdachte ongeschikt zal achten tot het besturen van motorvoertuigen, en deswege diens rijbevoegdheid voor korte of langere tijd aan hem zal ontzeggen. Er zal derhalve sprake moeten zijn van ‘dringenden Gründen’, en dus van een ‘dringender Tatverdacht’. Dit is met name van belang als de verdachte het aan hem ten laste gelegde feit betwist.
Het rijbewijs (ook het Nederlandse) wordt in zo'n geval ingevorderd door de politie. Dat is mogelijk in de vorm van een ‘Sicherstellung’, en bij ‘Gefahr in Verzug’ ook in de vorm van een inbeslagneming (Beschlagnahme des Führerscheins).

Auf Antrag der Staatsanwaltschaft
De voorlopige ontzegging gebeurd echter meestal lopende het opsporingsonderzoek op ‘Antrag der Staatsanwaltschaft’ door de rechter. Maar gebeurd ook wel eens ambtshalve door de rechter. Dit laatste (de ambtshalve beslissing zonder Antrag) s eigenlijk een vormfout, die echter geheeld kan worden.

Bij een Antrag der Staatsanwaltschaft zal de verdachte (dan wel diens Verteidiger) eerst nog door de rechter (Ermittlungsrecihter) de gelegenheid worden geboden om zich hierover (schriftelijk) uit te laten. Het is dan ook van belang om vooraf inzage in het dossier te krijgen (Akteneinsicht). Vervolgens komt de Beschluss af.

De Beschluss zou bij een buitenlands rijbewijs bijvoorbeeld het navolgende dictum kunnen bevatten:
Nach § 111a StPO wird dem Beschuldigten die Fahrerlaubnis vorläufig entzogen. Diese Entscheidung hat die Wirkung einer vorläufigen Aberkennung des Rechts, von der Fahrerlaubnis im Inland Gebrauch zu machen. Der Führerschein wird zur Eintragung des Vermerks über die vorläufige Entziehung der Fahrerlaubnis beschlagnahmt (§ 111a Abs. 6 StPO)
(voorbeeld)
Tegen een nadelige Beschluss (het rijbewijs wordt ingevorderd en ingehouden) staat het rechtsmiddel Beschwerde open. De verdachte moet echter goed de voor- en nadelen hiervan tegen elkaar afwegen. Immers, de Beschwerde-procedure heeft geen opschortende werking, en werkt bovendien vertragend,. Daarnaast kan een afwijzende beslissing van het Beschwerdegericht de rechter in de bodemprocedure negatief beïnvloeden (een hogere rechter heeft immers al feitelijk en juridisch gecontroleerd of, en vastgesteld, dat een Entziehung der Fahrerlaubnis überhaupt mag). In de bodemprocedure zal dan ook in nagenoeg alle gevallen een Führerscheinentzug volgen.

Gevolgen van de Führerscheinentzug

Voor Duitse ingezetenen heeft dit tot gevolg dat het Duitse rijbewijs ongeldig verklaard en vernietigd wordt.
Voor buitenlanders houdt het in bijna alle gevallen in, dat zij het rijbewijs na het aanbrengen van een Vermerk (aanduidende dat er een ontzegging voor het Duitse grondgebied geldt) gewoon per aangetekende post naar huis teruggestuurd krijgen; in een enkel geval wordt het bij Nederlanders door de Staatsanwaltschaft via het Kraftfahrt-Bundesamt (KBA) in Flensburg aan het Nederlandse CBR of de Nederlandse RDW gezonden, en nog sporadischer rechtstreeks aan de woongemeente van de betrokkene (§ 69b Abs. 2 StGB). Het CBR c.q. de RDW stuurt het rijbewijs vervolgens aan de Nederlandse gemeente, door wie het rijbewijs is afgegeven. Dat hoeft dus niet per sé de actuele woongemeente te zijn.
Inhouding en aansluitende vernietiging van een Nederlands rijbewijs door de Duitse autoriteiten mag niet.

Sperrfrist und Sperrvermerk

Indien een 'Entziehung der Fahrerlaubnis' is opgelegd, dient de betrokkene zijn rijbewijs (tijdelijk) in te leveren. Daarnaast kan de rechter ook een 'Sperrfrist' uitspreken. De Sperrfrist is de periode waarbinnen de betrokkene in Duitsland geen nieuwe Fahrerlaubnis kan verzoeken, althans geen nieuwe Fahrerlaubnis kan krijgen. Deze Sperrfrist ligt tussen de 6 maanden en 5 jaar. Zelfs een levenslange Sperrfist is mogelijk.

Voor niet-ingezetenen zou de Einziehung der Fahrerlaubnis impliceren dat zij in dat geval niet alleen in Duitsland niet zouden mogen rijden, maar ook niet in hun eigen woonland, bijvoorbeeld dus ook in Nederland. En dat kan eigenlijk niet: een ontzegging heeft immers alleen betrekking op het Duitse grondgebied.

Het buitenlandse rijbewijs zal daarom voorzien worden van een zogenaamde 'Sperrvermerk', zodat het voor de politie gelijk duidelijk is dat de betrokkene niet in Duitsland mag rijden. Heeft hij ook een Sperrfrist opgelegd gekregen, dan blijkt uit de Sperrvermerk ook dat hem van overheidswege vóór afloop van de betreffende periode (tot wel 5 jaar) geen nieuwe Fahrerlaunbis für das deutsche Inland verstrekt mag worden.

Deze (Sperr)Vermerk kan in ieder Bundesland anders uit zien. Bij het plastic (creditcard-formaat) rijbewijs bestaat het wel eens uit een schrijven van de Staatsanwaltschaft (als orgaan, belast met de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen) met de volgende tekst:

'Der Inhaber(in) des Führerscheins wurde die Fahrerlaubnis durch Strafbefehl des Amtsgerichts XXX vom YYY, [kenmerk], mit einer Sperrfrist bis zum [ZZZ] rechtskräftig entzogen.
Die Entziehung hat die Wirkung der Aberkennung des Rechts, von dieser Fahrerlaubnis in der Bundesrepublik Deutschland Gebrauch zu machen.'.

Meestal is het echter een eenvoudig stickertje in de vorm van een doorgestreepte 'D' (soms met datum).

Het is altijd weer de vraag wanneer de ontzegging van de rijbevoegdheid ingaat: dat is in beginsel vanaf het opleggen van de maatregel, dus al vanaf het eerste Fahrverbot (bijvoorbeeld door de politie) of vanaf datum vorläufiger Führerscheinentzug (door de Ermittlungsrichter). 'First offerders' kan de mogelijkheid geboden worden om in overleg met de Verwaltungsbehörde c.q. Staatsanwaltschaft zelf te bepalen wanneer de ontzegging ingaat. Hiertoe wordt regelmatig een periode van 4 maanden geboden waarbinnen de betrokkene het rijbewijs voor het aanbrengen van de Sperrvermerk kan aanbieden.
De opgelegde duur van de ontzegging (de Sperrfrist van bijvoorbeeld 6 maanden) gaat pas in vanaf de datum van 'Anbringung des Vermerks'.

De Nederlander die zijn rijbewijs niet aanlevert voor het aanbrengen van de Sperrvermerk zit dus met het probleem dat de ontzegging wel al loopt, maar niet afloopt.

Meestal moet het rijbewijs worden opgestuurd (waarna het uiteraard ook weer binnen enkele dagen/weken teruggestuurd wordt). In die tijd kan de betrokkene dus ook niet in zijn eigen woonland rijden; hij kan immers geen rijbewijs tonen. Soms wordt door de Staatsanwaltschaft van de verplichting tot toezending van het rijbewijs voor de 'Anbringung des Vermerks' afgezien, en wordt het altijd bij het rijbewijs mee te voeren schrijven rond de 'Sperrung' gewoon per post toegezonden.

De Sperrfrist gaat in vanaf het onherroepelijk worden van de onderliggende maatregel (Strafbefehl, Urteil, etc.).

De betrokkene doet er goed aan om altijd even telefonisch contact op te nemen met de betreffende Staatsanwaltschaft om een en ander te controleren. Op 'Fahren ohne Fahrerlaubnis' staat immers 'Freiheitsstrafe bis zu 1 Jahr' of 'Geldstrafe'. Meestal wordt het het laatste, waarbij minimaal een Geldstrafe ter grootte van 10 Tagessätze wordt opgelegd.

Let op: ook na het aanbrengen van de Sperrvermerk, en het verstrijken van de opgelegde duur van de ontzegging, mag niet weer automatisch in Duitsland van het rijbewijs gebruik gemaakt worden c.q. gereden worden. Denk aan de eventueel opgelegde Sperrfrist.

De betrokkene dient hiertoe een formele Antrag auf Zuerkennung te stellen. Dit kan pas vanaf 3-6 maanden vóór afloop van de Sperrfrist.

Nagenoeg alle buitenlanders vergeten het bovenstaande, en lopen hierdoor een grote kans nogmaals met een fiks probleem geconfronteerd te worden: Fahren ohne Führerschein. Dit strafbar feit wordt bestraft met een Geldstrafe van gemiddeld 60 Tagessätze.

Conclusie:

Al met al is het in beginsel niet onmogelijk om een ‘vorläufige Entziehung der Fahrerlaubnis’ te voorkomen. Een verdachte doet er daarom goed aan het hem ten laste gelegde feit vooralsnog niet te erkennen, zodat zijn Verteidiger de mogelijkheid heeft om Akteneinsicht te vragen, teneinde de feitelijke en procedurele vereisten voor een ontzegging te controleren.

Wat een verdachte absoluut niet moet doen, is proberen de schuld op een ander af te schuiven.

En uiteraard mag de verdachte na een ontzegging voor het Duitse grondgebied absoluut niet in Duitsland blijven rondrijden. Dit zou er immers toe kunnen leiden dat hij ook nog geconfronteerd wordt met een aanklacht wegens ‘Fahren ohne Fahrerlaubnis’ en/of met een inbeslagneming van het voertuig. Bovendien vervalt de dekking van de verzekering. Fahren ohne Fahrerlaubnis leidt al snel tot een Strafbefehl met een Geldstrafe ter grootte van minimaal 10 Tagessatze, althans voor buitenlandse ingezetenen.

Een Fahrverbot of Führerscheinentzug heeft weliswaar alleen juridische werking voor het Duitse grondgebied; de facto vormt het echter ook een tijdelijke belemmering voor het Nederlandse grondgebied: de bestuurder van een motorvoertuig moet immers in Nederland altijd een geldig rijbewijs kunnen tonen. Zolang het rijbewijs nog niet door de Duitse overheid is teruggegeven, mag de betrokkene dus ook niet in Nederland een motorvoertuig besturen. Doet hij dat toch, dan dreigt ook in Nederland een straf.

Daarnaast moet goed onderscheiden worden tussen de 'Führerscheinentzug' enerzijds, en de 'Sperrung' anderzijds. De Sperrung is niet de ontzegging van de rijbevoegdheid; dat is de Führerscheinentzug. De Sperrung ziet op het daaraan gekoppelde rechterlijke verbod voor de Fahrerlaubnisbehörde om de betrokken verdachte binnen een door de rechter bepaalde periode (de Sperrfrist) opnieuw de formele bevoegdheid te verlenen om op Duits grondgebied een voertuig te mogen besturen. De Sperrung kent een Sperrfrist.
Heeft U nog vragen? Laat het ons weten via het contact-formulier.