Uiteraard hoeft een verdachte het voorarrest niet zonder meer over zich heen te laten komen.
Het Duitse strafprocesrecht biedt de verdachte en de verdediging mogelijkheden om tegen de
Haftbefehl, althans de
Untersuchungshaft, op te komen. Zo zijn er:
- die Haftprüfung (§ 117 StPO)
- die Haftbeschwerde (§ 304 ff. StPO),
- desnodig gevolgd door de weitere Beschwerde (§ 310 StPO)
De
Antrag auf Haftprüfung kan in feite zo vaak gesteld worden als noodzakelijk wordt geacht. Het is de
Haftrichter zelf die de
Antrag onderzoekt en daarop beslist. Daarbij volgt hij uiteraard de eerdere voorwaarden en gronden om überhaupt tot een
Haftbefehl en
Untersuchungshaft te kunnen komen. Aangezien het dezelfde rechter is die beslissen moet, is de
Haftprüfung bij uitstek geschikt in geval van nieuwe feiten en/of gewijzigde inzichten.
De
Haftrichter kan de
Antrag afwijzen, of beslissen tot een
Aufhebung des Haftbefehls (opheffing van het arrestatievel) of een
Aussetzung (opschorting), al dan niet tegen voorwaarden.
De
Haftbeschwerde wordt ingediend, wanneer de verdachte van mening is, dat überhaupt geen
Haftbefehl had mogen worden afgegeven. De
Haftbeschwerde wordt daarom ingediend bij de hogere rechter, dus in beginsel bij het
Landgericht (
LG).
Gaat deze niet "om", dan kan aansluitend hiertegen "
weitere Beschwerde" worden ingediend bij het bevoegde
Oberlandesgericht (
OLG).