Strafprozessrecht
Die Verständigung bzw. der Deal
Een Pflichtverteidiger is geen gekozen raadsman (Wahlverteidiger), maar een Strafverteidiger, die door de rechter in een geval van "notwendige Verteidigung" in de zin van § 140 StPO aan de verdachte wordt toegewezen. De verdachte kan daarbij zijn voorkeur voor een bepaalde Verteidiger kenbaar maken.
De Pflichtverteidiger kan rechtstreeks bij de Duitse Staat declareren. Mocht de verdachte onverhoopt veroordeeld worden, dan zal deze de voorgeschoten kosten alsnog op de veroordeelde verdachte verhalen; behoudens wanneer het jeugdstrafrecht is toegepast. De Pflichtverteidiger mag trouwens ook bijkomende financiële afspraken met de verdachte maken.

Der "Deal": Verständigung zwischen Beschuldigten und Staatsanwaltschaft

Het Duitse strafproces is gericht op de aanwezigheid van de verdachte en de bewijsmiddelen (met name de getuigen) tijdens de behandeling ter terechtzitting. Dit is een weloverwogen keuze van de wetgever geweest, maar leidt er in de praktijk wel toe dat de behandeling van zwaardere zaken veelal meerdere, zo niet tientallen, dagen kan duren.

In de praktijk heeft zich daarom een handelwijze ontwikkeld, waarbij verdediging (Verteidigung) en "Openbaar Ministerie" (Staatsanwaltschaft) nog vóór de eerste zitting gesprekken met elkaar voeren, waarbij bezien wordt hoe de zaak op een voor alle betrokkenen aanvaardbare wijze afgewikkeld kan worden. Daarbij moet met name gedacht worden aan afspraken over strafvermindering of een strafplafond bij een bekennende verklaring (Einlassung) zijdens de verdachte. Hierdoor weet de Staatsanwaltschaft een tijdsintensieve bewijsvergaring te vermijden, en weet de verdachte (ongeveer) waar hij aan toe is. Ongeveer, want het is natuurlijk de rechter die de uiteindelijke beslissing velt. Daarbij laat de rechter zich in beginsel leiden door hetgeen de 'partijen' in hun "deal" zijn overeengekomen.

De "Verständigung" kan ook pas tijdens de zitting, in het bijzijn van de rechter, maar in afwezigheid van de verdachten en uiteraard met uitsluiting van het publiek, gevoerd worden tijdens zogenaamde "Rechtsgespräche". Daarin worden dan de uit het dossier blijkende feiten en omstandigheden kort tegen het licht gehouden en hypothetisch voor aannemelijk, of juist voor onwaarschijnlijk, gehouden.
Besproken wordt, wat een en ander uiteindelijk voor de verdachte zou kunnen betekenen. En bezien wordt of bij meerdere ten laste gelegde feiten, waarbij minimaal één feit tot een veroordeling zou kunnen leiden, niet een of meerdere andere feiten geseponeerd (§ 154 StPO) zouden kunnen worden, zulks in ruil voor een bekennende verklaring van de verdachte ten aanzien van de waarschijnlijke feit.

De verklaring van de verdachte (Einlassung) kan deze zelf afgeven, of door zijn Verteidiger laten afgeven (Verteidigererklärung). In dat laatste geval moet uiteraard wel duidelijk worden, dat het niet (enkel) de visie van de Verteidiger is, maar de verklaring van de verdachte zelf.
De verdachte moet daarom expliciet of impliciet de inhoud van de verklaring tot de zijne maken, bijvoorbeeld doordat hij zelf een schriftelijke verklaring voorleest, of de door zijn Verteidigung voorgelezen verklaring in de "ik"-vorm wordt afgelegd c.q. de rechter de verdachte verzoekt zijn instemming met het voorgehoudene te verklaren.

Deel van Verständigung kan zijn, dat de verdachte géén namen van mede-verdachten en/of andere betrokkenen hoeft te noemen; hij hoeft dan alleen over zijn eigen aandeel in de beweerdelijke strafbare gedraging te verklaren.

Nadat over en weer duidelijkheid bestaat over de voorwaarden van een mogelijke deal en ook de rechter hierover zijn zienswijze heeft kenbaar gemaakt, zal de Verteidigung het definitieve akkoord van de verdachte moeten verkrijgen. Aansluitend wordt dit kenbaar gemaakt aan de rechter en Staatsanwaltschaft.

Ten slotte zal de rechter, in het bijzijn van alle betrokkenen en het publiek, de resultaten van de Verständigungsgespräche, en dus van een al dan niet bereikte deal, ter zitting kenbaar maken. Hiermee is dan de bandbreedte van de strafeis en strafoplegging bekend. Afhankelijk van hetgeen verder ter zitting nog kenbaar wordt, zal de rechter uiteindelijk binnen die bandbreedte beslissen. Want, er zal toch nog een inhoudelijke behandeling ter terechtzitting moeten plaatsvinden, waarbij de voor de bereikte deal noodzakelijke overige bewijsmiddelen (getuigen en schriftelijk bewijs) toch nog, al dan niet oppervlakkig, behandeld worden. Hierdoor kan een forse tijdwinst worden behaald.

De verdachte heeft hiermee in beginsel zekerheid over de maximale straf(hoogte), die hem te wachten staat.

In feite is de 'Verständigung" een koehandel, maar alle betrokkenen kunnen er in zekere zin vrede mee hebben.

Tegen deze praktijk bestonden - en bestaan nog steeds - grote bezwaren:
  • de Staatsanwaltschaft dient strafbare feiten te vervolgen en voor een afdoende bestraffing van de dader zorg te dragen (Legalitätsprinzip)
  • de rechter heeft een zelfstandige onderzoeksplicht; hecht hij geen geloof aan de bekentenis, dan mag hij zijn beslissing daar niet op baseren (Ermittlungsgrundsatz)
  • de deal is buiten de behandeling ter terechtzitting tot stand gekomen en kan mitsdien niet door het publiek gecontroleerd worden (Grundsätze der Öffentlichkeit, Mündlichkeit und Unmittelbarkeit)
  • de inachtneming van de rechten van de verdachte kan niet getoetst worden (Grundsätze des rechtlichen Gehörs, gesetzlichen Richters, und 'Fair Trial')
  • de deal kan de verdachte verleiden zichzelf te belasten (Unschuldsvermutung und 'in dubio pro reo')
  • vooringenomenheid van de rechter door het slagen, maar ook niet-slagen, van onderhandelingen (Befangenheit des Richters)
In feite is de 'Verständigung" een koehandel, maar alle betrokkenen kunnen er in zekere zin vrede mee hebben.

Tegen deze praktijk bestonden - en bestaan nog steeds - grote bezwaren:
  • de Staatsanwaltschaft dient strafbare feiten te vervolgen en voor een afdoende bestraffing van de dader zorg te dragen (Legalitätsprinzip)
  • de rechter heeft een zelfstandige onderzoeksplicht; hecht hij geen geloof aan de bekentenis, dan mag hij zijn beslissing daar niet op baseren (Ermittlungsgrundsatz)
  • de deal is buiten de behandeling ter terechtzitting tot stand gekomen en kan mitsdien niet door het publiek gecontroleerd worden (Grundsätze der Öffentlichkeit, Mündlichkeit und Unmittelbarkeit)
  • de inachtneming van de rechten van de verdachte kan niet getoetst worden (Grundsätze des rechtlichen Gehörs, gesetzlichen Richters, und 'Fair Trial')
  • de deal kan de verdachte verleiden zichzelf te belasten (Unschuldsvermutung und 'in dubio pro reo')
  • vooringenomenheid van de rechter door het slagen, maar ook niet-slagen, van onderhandelingen (Befangenheit des Richters)
Om aan deze bezwaren tegemoet te komen heeft de wetgever zich geroepen gevoeld deze 'Verständigung zwischen Beschuldigten und Staatsanwaltschaft' een wettelijke basis te geven.

Deze is er op 04.08.2009 gekomen: § 257c StPO:
§ 257c StPO
(1) Das Gericht kann sich in geeigneten Fällen mit den Verfahrensbeteiligten nach Maßgabe der folgenden Absätze über den weiteren Fortgang und das Ergebnis des Verfahrens verständigen. § 244 Absatz 2 bleibt unberührt. (2) Gegenstand dieser Verständigung dürfen nur die Rechtsfolgen sein, die Inhalt des Urteils und der dazugehörigen Beschlüsse sein können, sonstige verfahrensbezogene Maßnahmen im zugrundeliegenden Erkenntnisverfahren sowie das Prozessverhalten der Verfahrensbeteiligten. Bestandteil jeder Verständigung soll ein Geständnis sein. Der Schuldspruch sowie Maßregeln der Besserung und Sicherung dürfen nicht Gegenstand einer Verständigung sein. (3) Das Gericht gibt bekannt, welchen Inhalt die Verständigung haben könnte. Es kann dabei unter freier Würdigung aller Umstände des Falles sowie der allgemeinen Strafzumessungserwägungen auch eine Ober- und Untergrenze der Strafe angeben. Die Verfahrensbeteiligten erhalten Gelegenheit zur Stellungnahme. Die Verständigung kommt zustande, wenn Angeklagter und Staatsanwaltschaft dem Vorschlag des Gerichtes zustimmen. (4) Die Bindung des Gerichtes an eine Verständigung entfällt, wenn rechtlich oder tatsächlich bedeutsame Umstände übersehen worden sind oder sich neu ergeben haben und das Gericht deswegen zu der Überzeugung gelangt, dass der in Aussicht gestellte Strafrahmen nicht mehr tat- oder schuldangemessen ist. Gleiches gilt, wenn das weitere Prozessverhalten des Angeklagten nicht dem Verhalten entspricht, das der Prognose des Gerichtes zugrunde gelegt worden ist. (5) Der Angeklagte ist über die Voraussetzungen und Folgen einer Abweichung des Gerichtes von dem in Aussicht gestellten Ergebnis nach Absatz 4 zu belehren.
§ 257c StPO - Verständigung zwischen Gericht und Verfahrensbeteiligten
De rechter moet ter zitting expliciet naar een eventuele Verständigung tussen Staatsanwaltschaft en Verteidigung informeren. Niettegenstaande een Deal dient de zaak nog steeds door de rechter onderzocht te worden. Daarbij dient de rechter ook de (noodzakelijke) bekentenis van de verdachte te onderzoeken, met name de vraag of de bekentenis niet slechts 'pro forma' is afgelegd. De Deal mag zich enkel op de rechtsgevolgen richten. De overeengekomen bovengrens moet in verhouding staan met de schuld van de verdachte en de ernst van het feit. Het blijft overigens altijd de rechter die uiteindelijk beslist.
Vragen? Stuur ons een bericht en wij nemen op korte termijn contact met U op.