Strafrecht und
Owi-Recht
Verkehrsstrafrecht:
Unerlaubtes Entfernen vom Unfallort (Fahrerflucht/Unfallflucht)

Doorrijden na ongeval

Duitsland staat bekend als 'Autoland'. De auto is de meeste Duitsers 'heilig'. Dat komt tot uitdrukking in de verkeerswetgeving, en ook in het strafrecht. Waar veel buitenlanders - en dus ook Nederlanders - soms wat laconiek omgaan met een parkeerschade, doen Duitsers dat in veel mindere mate. Sterker nog, is de Duitser het 'slachtoffer' van een parkeerschade, dan doet hij daarvan direct aangifte bij de politie, zeker als de veroorzaker er tussenuit geknepen is zonder naar behoren de veroorzaakte schade te willen reguleren of gewoon uit gemakzucht.

In Duitsland is het strafbaar om een verkeersongeval (schade) te veroorzaken en vervolgens zijn identiteit niet naar behoren kenbaar te maken. Er is een verplichting om op de plaats des onheils te wachten (normaliter zo'n 20-60 minuten) om zijn identiteit kenbaar te (kunnen) maken. Is niemand in de buurt, dan wordt men geacht de politie te bellen. Een briefje met enkel een telefoonnummer achterlaten is onvoldoende. De duur van de wachttijd is onder andere afhankelijk van de plaats en het tijdstip van het ongeval, de verkeersdrukte, en de vermoedelijke hoogte van de schade. Daarbij geldt: hoe hoger de schade, hoe langer gewacht dient te worden.

Er bestaat een zogenaamde "Aufklärungspflicht" tegenover de benadeelde partij en andere betrokkenen (zoals de verzekeraar). De veroorzaker dient derhalve zijn identiteit, de gegevens van zijn voertuig en de aard van zijn betrokkenheid bij de aanrijding (verkeersongeval) kenbaar te maken.

Wie dat niet doet is strafbaar: unerlaubtes Entfernen vom Unfallort (Fahrerflucht / Unfallflucht) (§ 142 Abs. 1 Nr. 2 StGB).
Daarnaast kan het ook civielrechtelijk consequenties hebben: verzekeraars grijpen een schending van de op de veroorzaker rustende Aufklärungsobligenheit maar al te graag aan om vergoeding van de (eigen) schade af te wijzen, zulks onder verwijzing naar de algemene voorwaarden van de verzekering; in Duitsland: § 2b Abs.1 S. 1 AKB 2008.
Geen minimale wachttijd
Uiteraard hoeft niet altijd gewacht te worden: er zijn omstandigheden denkbaar die het niet wachten kunnen rechtvaardigen. Bijvoorbeeld: persoonlijke omstandigheden aan de zijde van de veroorzaker, zoals een medische noodzaak. In zo'n geval kan niet van de veroorzaker verwacht worden dat hij op de plaats van het ongeval blijft totdat de identiteit van hemzelf en zijn voertuig is vastgesteld. Het belang van de verzekeraar is dan achtergesteld bij het belang bij medische verzorging van de veroorzaker (OLG Karlsruhe, Urteil vom 06.08.2020, 12 U 53/20).
Zelfs wanneer aangenomen zou worden dat met het aangaan van de verzekeringsovereenkomst een contractuele wachttijd overeengekomen is, gaat die civielrechtelijke wachttijd niet boven de strafrechtelijke. Enkel wanneer de veroorzaker de delictsomschrijving van § 142 StGB (Fahrer-/Unfallflucht) vervult, impliceert dit ook een schending van de civielrechtelijke bepaling(en) (OLG München, Urteil vom 26.02.2016, 10 U 2166/15).

Strafmaat

Strafmaat: Geldstrafe oder Freiheitsstrafe von bis zu 3 Jahre.

Daarnaast kunnen ook andere maatregelen volgen:

De strafmaat richt zich vooral naar de soort (materiële schade en/of letselschade) en de hoogte van de veroorzaakte schade. Verzekeringsrechtelijk ligt de grenswaarde van een zogenaamde Bagatellschaden bij maximaal Euro 100,00; (verkeers)strafrechtelijk ligt die grens echter bij slechts Euro 50,00 (OLG Nürnberg, Beschluss vom 24.01.2007 - 2 st OLG S2 300/06).

Strafmaat bij enkel materiële schade:
  • tot Euro 600,00: meestal slechts een eenvoudige boete
  • tot Euro 1.300,00: een inkomensafhankelijke Geldstrafe (rond 1 maandsalaris) + maximaal 3 maanden Führerscheinentzug + 2 Punkte
  • boven Euro 1.300,00: een inkomensafhankelijke Geldstrafe (ook wel hoger dan 1 maandsalaris) + minimaal 6 maanden Führerscheinentzug + 3 Punkte

Indien ook letselschade is veroorzaakt ziet het plaatje er beduidend minder rooskleurig uit: er kunnen dan namelijk nog andere strafbare feiten (delictsomschrijvingen) om de hoek komen kijken.

Overigens is het soms mogelijk de gebruikelijke strafmaat te verminderen, namelijk wanneer de veroorzaker zichzelf binnen uiterlijk 24 uur na het ongeval alsnog meldt c.q. aangeeft. Het moet dan wel gaan om een relatief geringe schade, en de politie mag nog niet een opsporingsonderzoek begonnen zijn.

Indien sprake is van Fahrer-/Unfallflucht in de zin van § 142 StGB, is de veroorzaker in beginsel "ungeeignet zum Führen von Kraftfahrzeugen" (§ 69 Abs. 2 Nr. 3 StGB), en dus kan dit ook leiden tot een "vorläufige Entziehung der Fahrerlaubnis" (§ 111a Abs. 1 StPO), en aansluitend een 'normale' Führerscheinentzug.

Voor de Entziehung der Fahrerlaubnis (Führerscheinentzug) is dus relevant dat sprake is van een "bedeutender Schaden". De in de jurisprudentie bepaalde relevante grenswaarde hiervoor ligt bij Euro 1.300,00.
Het kan daarom noodzakelijk zijn om de hoogte van de door de benadeelde partij opgegeven materiële schade te controleren c.q. in twijfel te trekken. Daarbij dient bedacht te worden dat enkel die schadeposten meegewogen worden, die ook civielrechtelijk relevant zijn (OLG Hamm, Beschluss vom 06.11.2014, 5 RVs 98/14).
Heeft U nog vragen? Laat het ons weten via het contact-formulier.